
Niet altijd feest
Ik heb de afgelopen twee weken heel veel mooie en rustige weggetjes gereden. Af en toe moest er een kort stukje over een hoofdweg, bijna altijd met fietspad of fietsstrook. Vandaag reed ik een langer stuk van 25 kilometer langs een hoofdweg van Carlow tot Gowran. De drukte viel mee en er waren brede fietsstroken. Vervelend wordt het als er geen fietsstroken zijn. Auto’s kunnen je dan alleen passeren als er geen tegenliggers aankomen. Regelmatig staan er borden waarop is aangegeven dat auto’s 1,5 meter afstand van een fietser moeten houden bij het inhalen.
Weilanden en akkers

Het landschap is heuvelachtig, met in de verte wat hogere heuvelruggen. Het waren vooral weides, waarop nu niet alleen schapen maar ook koeien en kalveren rondliepen. Om de 10-15 kilometer een dorpje of stadje van enige betekenis. Op deze lange dag zat het venijn in de staart. Op de laatste 8 kilometer moest ik klimmen van 8 meter naar 348 meter. Met 125 kilometer in de benen, zit je daar niet op te wachten. Ter voorbereiding op de klim mocht ik 15 kilometer fietsen over een vlak pad langs de Suir Rivier. Op dat pad kwam een beestje me tegemoet lopen, volgens een mede fietser een otter.

Ruïnes

Het is opvallend hoe veel ruïnes van oude kerkgebouwen je tegenkomt. In Gowran kwam ik de restanten van deze 13e eeuwse kerk tegen. Hoorde bij een leefgemeenschap van geleerden, die niet tot een klooster wilden behoren.